Trombose
Trombose
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
wat is trombose.
Ons systeem van bloedstolling is bedoeld om bloedverlies bij verwondingen te voorkomen. Als het systeem in werking treedt zonder dat sprake is van een bloeding, dan ontstaat in het bloedvat een bloedstolsel. Dit bloedstolsel noemen we trombose. Trombose heeft tot gevolg dat het bloedvat (een ader of een slagader) ter plaatse, of verderop in de bloedsomloop, geheel of ten dele wordt afgesloten. Trombose ontstaat dus doordat op het verkeerde moment en op de verkeerde plaats bloedstolling plaatsvindt.
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Oorzaak en gevolg van trombose
Trombose kan verschillende oorzaken hebben.
Zo kan trombose ontstaan als de kwaliteit van de bloedvaten niet goed is, zoals bij slagaderverkalking. Roken, een hoog cholesterolgehalte, suikerziekte en hoge bloeddruk spelen hierbij een belangrijke rol. Trombose kan ook ontstaan als de bloedstroom vertraagd is, zoals bij langdurige bedrust of na een operatie. Ook een andere samenstelling van het bloed kan een trombose veroorzaken, bijvoorbeeld bij mensen die een tekort aan remmers van de bloedstolling hebben of een teveel aan bloedcellen.
Vaak hebben mensen met trombose een combinatie van risicofactoren.
In sommige families komt trombose vaker voor, doordat de samenstelling van de stollingsfactoren anders is. Er zijn ook situaties waarin er geen oorzaak voor de trombose gevonden wordt. We spreken dan van een idiopathische trombose.
Trombose kan ontstaan door:
- Een onregelmatige bloedvatwand
- roken
- hoog cholesterolgehalte
- diabetes
- hoge bloeddruk
- Een trage bloedstroom
- langdurige bedrust
- boezemfibrilleren
- na een operatie
- gipsbeen
- lange vlieg- en busreizen
- Een veranderende samenstelling van het bloed
- tekort bepaalde remmers (proteïne S, proteïne C)
teveel aan bloedcellen
Gevolg trombose
Trombose kan overal in het lichaam optreden. De gevolgen van trombose zijn nauw verbonden met de plaats waar de trombose optreedt.
- Als een stukje van een stolsel of een stolsel loslaat in het hart of in de halsslagader, kan dit vastlopen in de verderop gelegen slagader van de hersenen. We spreken dan van een hersenembolie.
- Als het hart onregelmatig pompt of niet volledig samentrekt, is de bloedstroom in het hart niet meer gelijkmatig. Het is dan mogelijk dat een bloedstolsel in het hart
ontstaat. Dit kan losschieten en elders in het lichaam in de kleinere bloedvaten vastlopen. Dit noemen we een embolie. Bij een stolsel dat vastloopt in de hersenen spreken we van een hersenembolie (zie gevolgen in de hersenen).
- Als een trombose één van de slagaders van de benen geheel of gedeeltelijk afsluit, kan dit klachten geven met lopen. Bekend zijn de zogenaamde 'etalagebenen'. Mensen blijven vaak stilstaan om de pijn in de benen te verminderen. De specialist kan chirurgisch behandelen op de volgende manieren:
De specialist kan een bloedvatomleiding om de vernauwing heen maken, zodat het bloed weer kan stromen naar de rest van het been. Een andere mogelijkheid is het slechte stuk bloedvat vervangen door een kunststofvat. De derde mogelijkheid is het zogenaamde dotteren. Hierbij wordt op de plaats van de vernauwing een ballonnetje opgeblazen dat de vernauwing opheft zodat het bloed weer kan stromen. Ook kunnen er medicijnen voorgeschreven worden. Soms is dit aspirine, soms zijn het antistollingsmiddelen zoals acenocoumarol of fenprocoumon.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Advies begeleiding van Mz-er
Lichamelijk:
Schakel een arts in, die kan jou precies vertellen wat je het beste kan doen en hoe je het kan behandelen. Omdat het op verschillende plaatsen in het lichaam plaats kan vinden is het verstandig om er daarom iemand die hier verstand van heeft er na te laten kijken. Ook kan de behandeling per patient verschillen de een krijgt er medicijnen voor, speciale kousen maar ook je levenstijl is heel belangrijk.
Sociaal:
Omdat je zo veel last van de benen hebt en niet meer goed zou kannen lopen. kunnen ze soms in een rolstoel zitten of pijn hebben bij het lopen. Hierdoor ben je erg beperkt in bepaalde dingen doen. Je kunt bijvoorbeeld niet meer ver wandelen met je vrienden. Hier door kan het zijn dat je minder contact gaat krijgen met de mensen van de afdeling. Praat hier over met de cliënt en zorg ervoor dat de client zich niet gaat isoleren van de omgeving.
Psychisch:
Probeer er over te blijven praten zodat ze niet het gevoel krijgen dat ze niet geacpeteerd worden. Probeer met familie of vrienden activiteiten te organiseren om de persoon in beweging te houden en te blijven betrekken bij leuke dingen zodat ze afleiding hebben en niet constant de pijn voelen.
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Maak jouw eigen website met JouwWeb